‘Stap binnen in de 19de eeuw’ is de toepasselijke slogan van museum Kapiteinshuis in Nieuwe Pekela en niet zonder reden. Wie er binnen stapt heeft het gevoel terug te gaan in de tijd.
Omstreeks 1600 begon de veenexploitatie langs het riviertje de Pekel A, waarna de afgegraven veengronden geschikt werden gemaakt voor de landbouw. Het riviertje werd gekanaliseerd en er werden wijken gegraven.
Het Pekelder Hoofddiep loopt dwars door Oude Pekela. Dit voormalige veenriviertje (de Pekel A), werd in 1728 gekanaliseerd, vanwege de turfwinning. Net als Nieuwe Pekela is het een typisch voorbeeld van een veenkoloniaal dorp.
Het postkantoor van Veendam werd tussen 1901 en 1903 gebouwd door rijksbouwmeester Cornelis Hendrik Peters (1847-1932). De stijl werd door Peters voor meerdere postkantoren gebruikt en wordt ook wel de 'postkantorengotiek' genoemd.
IJzeren Ophaalbrug, genaamd Unionbrug, gebouwd in 1947 in opdracht van de Coöperatieve Cartonfabriek `Union' G.A.. De brug kwam in de plaats van een oude draaibrug, die door oorlogshandelingen was vernield.
Het Veenkoloniaal Museum vertelt het verhaal van de gouden 19de eeuw. Honderden binnen- en zeeschepen, volop bedrijvigheid langs het kanaal en op het land, tientallen scheepswerven en evenzovele fabrieksschoorsteen.
De watertoren in Oude Pekela is gerealiseerd in 1938. Het is een ontwerp van ingenieur H.F Mertens. Hij ontwierp meerdere watertorens, waaronder die in Bilthoven, Soest en Stadskanaal.
Stichting Siep&Co zit in een voormalige strokarton fabriek in Oude Pekela en bezit een aantal grote, deels werkende stoom- en dieselmachines van begin vorige eeuw. Een plaggenhut buiten met interieur verwijst naar de vroegere turfwinning.
Dankzij de schutsluis in het Pekelerhoofddiep konden boten door het diep varen, ondanks het verschil in hoogte van het water. In 1898 werd bij de schutsluis een woning gebouwd voor de sluiswachter.
Het museum vertelt het verhaal van de Veenkoloniale landbouw met in de wisselexpositie aandacht voor de herinrichting van Oost-Groningen en de Gronings-Drentse Veenkoloniën: "Een kapitale impuls".
Oorspronkelijk werd de Steenhouwerij in 1897 gebouwd als een stoomzuivelfabriek. In 1915 werd de schoorsteen erbij gebouwd. Toen de zuivelfabriek in 1923 failliet ging werd het pand overgenomen door H. Prummel.
Voor het voormalige gemeentehuis aan de Raadhuisstraat staat een monument. Het is een ode aan de vervener Adriaan Geerts (1605-1661), de 'stichter' van Wildervank.
Dit Schakelstation is ontworpen in 1936 door Ingenieur. J.H. Timmer in opdracht van het Provinciaal Electriciteitsbedrijf te Groningen. Aannemer bij de bouw was R. Bloem uit Wildervank.
De ronde stenen bovenkruier met stelling, gebruikt als korenmolen, werd in 1891 gebouwd en is decennia lang in bezit geweest van de molenaarsfamilie Pot.
VILLA, genaamd Villa Elsa, gebouwd in 1906 in opdracht van W. Dethmers sr. (handelaar) in een Overgangsarchitectuur waarin Art Nouveau elementen zijn te herkennen.
In 1938 werd begonnen met de bouw van een nieuw gemeentehuis in Nieuwe Pekela. Het ontwerp, een typisch voorbeeld van Interbellum-architectuur, werd gemaakt door gemeentearchitect J. Tuinhof.
In 2002 maakte Hans Mes dit drie meter groot kunstwerk; een boek dat tegen een potlood leunt. De horizontekeningen zijn gemaakt door schoolkinderen en worden zichtbaar door de stand van het boek.